Velen van u weten het vast nog wel: de Japanners die in de jaren zestig van de vorige eeuw (het lijkt alweer zo heel lang geleden) met hun kiene audioproducten de West-Europese markt overstroomden. Vooral versterkers, tuners en receivers vonden toen gretig aftrek. Alsof een geheel nieuw fenomeen om de audio- en muziekliefhebbers (niet per se een hechte groep!) leek te zijn neergedaald. Geen wonder ook: de prijs was redelijk, de kwaliteit verhoudingsgewijs hoog. Hoe moesten de aanmerkelijk duurdere Europese merken hiertegen concurreren? Toch waren er ondanks die Aziatische invasie nog genoeg Europese fabrikanten die erin slaagden om niet alleen het hoofd boven water te houden, maar zelfs het nodige tegenwicht te bieden. Ik noem slechts het Britse Acoustical (Quad), Wharfedale, KEF, Sugden, Celestion, Radford, Bowers & Wilkins en . Naim. En net zoals die vele andere gerenommeerde merknamen kende ook het eigenzinnige Naim een boeiende historie.
De ommekeer
Het Naim-verhaal begint bij een man met een grote passie voor voor zakendoen en snelle auto's. Julian Vereker (1945) gold als een self-made autocoureur annex constructeur en zakenman, met al vanaf zijn vroege jeugd een grote passie voor muziek. Ook later, toen hij meer en meer door andere zaken werd opgeslokt en vrije tijd een steeds zeldzamer fenomeen werd, hield hij zich graag met muziek bezig. Niet alleen met luisteren, maar ook met opnemen, geïnteresseerd als hij was in deze beide uiteinden van het audiospectrum. Ergens in de jaren zestig nam hij zelf zijn eerste live-concert op van een aantal van zijn muzikale vrienden, maar later op zijn vertrouwde audioset wachtte hem een grote teleurstelling: de klank viel zwaar tegen en hij vroeg zich af of dit nu werkelijk stand van zaken was op weergavegebied. Waar was de ziel in de muziek gebleven, de weerslag van de beleving toen hij erbij was? Dat moest toch veel beter kunnen? Het begon hem meer en te dagen, hij zag de marsroute al duidelijk voor zich. Het besef drong door dat de belangrijkste weg in de richting van auditieve opwaardering primair langs versterker en luidspreker liep. En zo kon het gebeuren dat Julian een forse stap zette, van het ontwerpen van racebolides naar het ontwikkelen van audioapparatuur. Het enige dat beide nog met elkaar verbond was tevens het wezenlijke onderdeel ervan: de techniek.
 |
Julian Vereker |
De start
De belangrijkste aanjager van zijn professionele audioambities kwam voor Julian eerst in 1972, na een door hem in de wacht gesleepte aanbesteding voor de levering en installatie van alle audioapparatuur voor de studio van de nieuw te starten radiozender Capital Radio. Het werd zijn eerste succesvolle ontwerp, bestaande uit een 'power amplifier' en speakers, samengebouwd in een rack: de Naim 502. Nauwelijks jaar later, in juni 1973, kon Naim als onderneming officieel van start gaan, deels dankzij Capital Radio dat intussen al stevig op de zenderkaart stond. Samen met een partner, Shirley Clarke, begon het grote Naim-avontuur in eerst een nog zeer bescheiden huisvesting: een voormalige winkel in het centrum van Salisbury, maar met het voordeel dat zowel productie als demonstratie in een en hetzelfde pand waren gehuisvest. Korter kon de lijn tussen productie en muzikale beleving toch niet zijn!
 |
Het bescheiden begin in Salisbury |
 |
Capital Radio - toen nog op de middengolf... |
In datzelfde jaar (1973) werd ook het eerste echte consumentenproduct gelanceerd: de NAP 200 eindversterker, gestoeld op Julians eigen ontwerp uit 1971, zij het met hier en daar wat technologische aanpassingen. Het voornaamste doel: minimaal hetzelfde kwaliteitsniveau als van het oorspronkelijke studiomodel, maar wel tegen een - voor de muziekconsument - betaalbare prijs. Het was het begin van een lange geschiedenis (die u hier in detail kunt lezen).
 |
De eerste eindversterker: NAP 200 |
Naim Records
Er volgde nog een grote stap: die naar een eigen platenlabel. Dat werd in 1993 Naim Records. Ook dit avontuur paste in zijn filosofie dat 'high fidelity' alles te maken had met de kwaliteit van het gehele proces van opname naar weergave, met alle ketens die daarbij een rol speelden, ofwel vanaf de opnamelocatie tot en met de luidsprekers thuis. In zijn eigen woorden: "Muziek is taal en musici lezen het verhaal dat de componist heeft geschreven. Ik wil onze luisteraars laten ontdekken wat de componist probeerde te vertellen en naar dat verhaal te luisteren op een natuurlijke, niet-steriele wijze."
|
 |
Ook wat de keuze van ´zijn´ artiesten betrof, toonde Julian zijn nogal eigenzinnige kant: het waren niet de meest bekende namen binnen het genre, maar wel zeer getalenteerde en - niet minder belangrijk - net zo creatieve musici, waaronder Yazz Ahmed, Sons of Kemet, Daudi Matsiko en nog vele anderen. De opnamekwaliteit sprak voor zich: je vraagt je tijdens het luisteren nog steeds af of het nog wel mooier kan.
Lang heeft Julian niet van zijn successen mogen profiteren. Hij overleed in 2000, nog geen 55 jaar oud, maar Naim ging door en doet dat nog steeds.
Eerst even iets over recenseren
Recenseren is leuk! Vergelijkend 'objectief' recenseren (een eigenschap die de mens eigenlijk niet gegeven is) daarentegen lastig en weerbarstig. De capaciteit van het muziekgeheugen is nu eenmaal beperkt. Wat in de weg zit in de beoordeling van meerdere gelijksoortige producten is het onvermijdelijke tijdsverloop dat zodanig groot is dat een 'kleurloos' (lees: objectief) onderling vergelijken buitengewoon moeilijk maakt. In dit opzicht kan de recensent niet gemakkelijk de helpende hand bieden aan de consument die niets anders wil dan binnen zijn budget een zo goed mogelijk keuze maken. Natuurlijk kent iedereen wel het ideaal, door uit een 'bibliotheek' met audiocomponenten diverse combinaties samen te stellen en die dan vervolgens te beluisteren, met de mogelijkheid om binnen de spreekwoordelijke 'splitsecond' van set te kunnen wisselen. En dat dan uiteraard ook nog eens onder de specifieke akoestische condities thuis. U voelt hem al aankomen: zoiets bestaat helaas niet.
Referentieset
Iets minder hachelijk maar zeker ook een punt van aandacht zijn de zogenaamde 'referentiesets' die recensenten tot hun 'gereedschap' hebben gemaakt. Het kan moeilijk anders, want er moet nu eenmaal een enigszins betrouwbaar vertrekpunt zijn, of een standaard zo u wilt. Dat geldt voor iedere recensent. Een referentieset in die zin dat de weergavekarakteristiek bij wijze van spreken tot op het bot bekend is en waardoor de eigenschappen van andere apparatuur vergelijkenderwijs beter tot hun recht komen. De vraag of het goede, vrijwel identieke dan wel minder goede eigenschappen zijn, kan redelijkerwijs op die manier worden beantwoord. Maar met een net zo redelijke slag om de arm, want een mens blijft een mens. Terwijl meten zeker niet altijd weten is.
Om toch een beetje in de buurt van een optimum te komen heb ik op basis van mijn referentieset twee producten van het befaamde Naim voor u aan de tand gevoeld: de 'alleseter' die luistert naar de merkwaardige naam Atom en de DAC-V1 met ingebouwde voorversterker. Om even de gedachte te bepalen: beide werden via hun analoge uitgangen aangesloten op een en dezelfde audio-setup (versterker en luidsprekers) die als referentieset geldt. Met behulp van de afstandsbediening kon op die manier binnen die 'splitsecond' worden gewisseld tussen de beide units.
De referentieset ziet er als volgt uit:
Voeding: Eaton netfilter
Router: TP-Link Archer C7
LAN-bekabeling: Ethernet Cat6
Streamer: Bluesound Node2
Streamingdienst: Qobuz Premium
Voeding voor de DAC: S-Booster
DAC: Chord 2Qute
Interlink Streamer - DAC: Tourmaline Brown, Sonore Audio
Versterker: Prima Luna ProLogue Premium Integrated (KT120 buizen)
Luidsprekerbekabeling: Tourmaline Ruby, Sonore Audio
Luidsprekers: Sonus Faber Cremona Auditor
Harmonizer Sonore Audio
Uniti Atom - ontwerp/bouwkwaliteit
Een fraai ogend apparaat met een echte 'premium' uitstraling. Geheel afwijkend van het gangbare gremium met dikke aluminium frontplaten en vooral grote draaiknoppen, is het bij de Atom bijna 'minimal design' geblazen. Maar dan wel met grote finesse en een goed merkbaar gevoel voor symbiose van vorm en functie. Prominent is de glazen frontplaat, die na het opstarten in een bijzonder fraaie full-colour afbeelding in hoge resolutie oplicht en zelfs even de indruk wekt aanrakingsgevoelig te zijn. Zodra een bepaald album is geselecteerd, verschijnt daarvan de cover keurig in het display. U weet al wat u hoort voordat er één noot heeft geklonken. Wat ook vrijwel direct opvalt is de stevig uitgevallen, deels verzonken draaiknop bovenop de speler, die als volumeregelaar fungeert. Een chic verlichte ring rond de knop toont de gekozen mate van versterking. Niet dat die volumeregelaar per se nodig is (de afstandsbediening biedt een vergelijkbare functie), maar een bijzondere ervaring is dit wel. Een duidelijke pre is ook de solide en soepele bediening: zogezegd 'Devialet'-kwaliteit.
 |
De uitstraling van de Uniti Atom mag er zijn, met de stemmige OLED-verlichting, de grote draaiknop voor het volume en het duidelijke display |
Dat geldt dan tevens voor de vier functietoetsen rechts op het voorpaneel.
Maar ook de zeer gedegen afstandsbediening (geen wankele maar robuuste functietoetsen) mag er zijn, met zijn fraaie uiterlijk met exclusieve kenmerken, in echte design-uitmonstering en daardoor perfect passend bij het designconcept van de Atom. Let wel op met het nuttigen van snacks tijdens het luisteren: vette vingers veroorzaken onherroepelijk dito afdrukken. Een bijzonder prettige en absoluut gebruiksvriendelijke eigenschap van deze afstandsbediening is voorts het toegepaste transmissieprotocol. U hoeft niet meer op de punt van de stoel, met de arm gestrekt of op en neer bewegend, contact te maken met de Atom. Sterker nog, het maakt zelfs niet uit vanuit welke hoek de afstandsbediening wordt gericht, noch of de Atom achter een glasplaat of houten deurtje is weggeborgen. Het werkt gewoon heerlijk probleemloos en relaxed. Wie volgt?
 |
De Uniti Atom: 'minimal' design met fraaie uitstraling |
Dan de afmetingen, want ergens speelt bij mij op de achtergrond nog steeds de gedachte dat als het maar groot en vooral zwaar is, het met de kwaliteit ook wel dik in orde zal zijn. Nou, dan zou deze Atom er bepaald bekaaid vanaf moeten komen. Compact (al is het apparaat best diep) en met een gewicht waar je absoluut geen hernia aan over houdt moest ik mezelf dwingen een niet al te voorbarig en daardoor al bij voorbaat ongefundeerd oordeel te vellen. Gelukkig maar, want later zou blijken dat ik niet voor de muziek uit was gelopen... Connectiviteit/Functionaliteit
Qua connectiviteit zit het met de Atom zonder meer goed. Ik heb me werkelijk verbaasd over zijn veelzijdigheid. Zonder hier uitputtend op alle mogelijkheden in te gaan (het is een ware waslijst) wil ik toch even stilstaan bij het feit dat deze Atom is voorzien van een heuse geïntegreerde versterker die 40W aan 8Ohm levert. Dat lijkt menigeens misschien wat weinig, maar voor een huiskamer van niet meer dan zo'n 60m2 is het ruim voldoende en zal zelfs de meest dramatische sopraan niet in verlegenheid brengen. Tenzij u over bar ongevoelige luidsprekers beschikt. De Atom werd ook bij mijn collega Aart van der Wal thuis in een andere proefopstelling gebruikt, aangesloten op twee reuzen: de B&W 804 D3 luidsprekers, met een gevoeligheid van 89dB (klik hier). Al op 60% van de beschikbare volumeslag werd bij 2V vol huiskamervolume bereikt. Maar de Atom kan ook uitstekend dienen als uitsluitend voorversterker in combinatie met een geïntegreerde of eindversterker.
 |
2x40Watt aan 8Ohm schoon aan de haak... |
Alle bekende bestandformaten kunnen worden afgespeeld en is er de volledige ondersteuning voor NAS-functionaliteit. Dan zijn er de bekende opties voor Tidal, Qobuz (deze muziekstreamer alleen via de ingebouwde Chromecast), Spotify, Airplay, High Resolution, Multiroom en Roon Ready. Een hoofdtelefoonaansluiting aan de voorzijde ontbreekt niet (3.5 mm jacket, waarbij na het inpluggen de luidsprekers automatisch het zwijgen wordt opgelegd, met bovendien apart instelbaar volume). Er is ook nog een update-functie die de Atom bij de les houdt en zijn er - last but not least - de netwerkvoorzieningen (bedraad LAN of onbedraad WiFi). Handig is ook de USB-aansluiting aan de voorzijde waarmee op een stick opgeslagen muziekbestanden moeiteloos kunnen worden afgespeeld.
Jammer is wel dat Naim nog steeds niet bereid blijkt om de luidsprekeruitgangen veelzijdiger uit te rusten. Alleen banaanstekers (ze worden wel keurig meegeleverd) worden geaccepteerd en daarmee moet u het echt doen. Geen manilatrossen, geen spades, geen afwijkende stekers. That's it.
Er zijn voldoende digitale ingangen voorhanden: 2x optisch en 1x coax. Zeker, ik had er graag nog een coax-ingang bijgehad, maar voor de meeste gebruikstoepassingen lijken mij deze drie ingangen voldoende. Dan is er ook nog een analoge ingang (bijvoorbeeld voor een tuner).
Voor aansluiting op het lichtnet wordt een losse driepuntsstroomkabel van het zeer stevige soort bijgeleverd (wie nog verder wil investeren kan een speciale stroomkabel bij de Naim-dealer bestellen) bijgeleverd. De socket is omwille van het voorkomen van ongewenste microfonie ontkoppeld (het leidt bij Naim nog steeds tot veel vragen van ongeruste bezitters omdat de socket met zekeringhouder vrij losjes op het achterpaneel is gemonteerd en daardoor een wat wankele indruk maakt).
Dat deze Atom zelfs bij intensief gebruik niet meer dan handwarm wordt is een positieve eigenschap die eveneens meetelt: er zijn wat de plaatsing betreft geen aparte voorzieningen of kunstgrepen nodig.
Bediening
Die mag zonder overdrijving intuïtief worden genoemd. Wat de basisinstellingen en de ingebruikname betreft wijst het zich eigenlijk vanzelf (en anders is de meegeleverde Nederlandse handleiding een bekwame en altijd bereid zijnde hulp). De te downloaden app (uit de appwinkel van Apple of Google) blijkt de ideale verbindende schakel. Het is maar waar u de voorkeur aan geeft: de functionaliteit van de afstandsbediening of die van de app, met de laatste duidelijk in het voordeel waar het muziekstreaming (met inbegrip van internetradio) betreft. De app doet dan dienst als het ideale interface-model: intuïtief en vlekkeloos, naar eigen smaak in te stellen en met voldoende mogelijkheden om wat dieper achter de achterliggende data te duiken.
Hieronder de link naar de site van Naim waar voor specifieke vragen meer info te vinden is. https://www.naimaudio.com/product/uniti-atom. Op de site vindt u ook een (zij het Engelstalige) video die u vertrouwd maakt met de aansluitmogelijkheden van de Atom.
 |
Uitstekend werkende app |
Vergelijkend warenonderzoek
Omdat de DAC-V1, een losse DAC met ingebouwde voorversterker en afstandbediening, eveneens in huis was lag het uiteraard voor de hand om de geluidskwaliteit van deze converter te vergelijken met die van de Atom. Zij het niet zonder de nodige voorzichtigheid: voor de Atom volstaat de aansluiting van twee luidsprekers, voor de DAC-V1 is eerst nog een eind- of geïntegreerde versterker nodig. Die extra schakel kan de uitkomst dus behoorlijk beïnvloeden, wat het lastig zo niet onmogelijk maakt om daaruit de juiste conclusies te trekken. Zie het daarom als een experiment en niet meer dan dat.
Dus de Atom als 'stand-alone' ('all-in-one' mag ook) versus de DAC-V1 in combinatie met de PrimaLuna versterker en de BlueSound streamer uit de referentieset. Voor deze 'test' behoefden nu slechts de luidsprekerkabels te worden omgewisseld. En rap ook, al lukte dat eerst niet in die al eerder genoemde 'splitsecond'. Edoch, oefening baart wel degelijk kunst. De eerste keer ging dat niet echt op pitstopsnelheid, maar na wat oefenen waren er niet meer dan zo'n vijf seconden nodig en dat is voor een actie als deze best wel op Formule1-niveau.
Het was ook om een andere reden niet meer dan een experiment, want al tijdens een eerdere luistertest bleek de Atom klankmatig zeer goed te presteren, met iedere denkbare muziekstijl als bron. Muzikaliteit stond vooropt, de schitterende opnamekwaliteit betaalde zich direct uit, met een uitstekende definitie, doorzichtig en gedetailleerd, nog aangevuld door een indrukwekkend stereobeeld. Aart en ik raakten al snel er behoorlijk van onder de indruk.
Dan de omschakeling naar de DAC-V1. De verschillen bleken klein, maar wel goed waarneembaar, met een strakker en iets prominenter laag, een nog bredere 'soundstage' en een fractie meer doortekening en finesse in het zo belangrijke middengebied (daar waar ons het gehoor het meest gevoelig is). Maar wel, zoals hierboven uitgelegd, met die stevige slag om de arm.
Aart heeft de DAC-V1 later thuis alsnog aan een luisteronderzoek onderworpen en tevens vergeleken met drie converters van respectievelijk Meridian, Technics en Philips (de laatste twee stevig gemodificeerd en opgewaardeerd naar de stand van de huidige techniek), aangevuld met de Atom in DAC/voorversterker-modus. Daarbij fungeerde een Accuphase eindversterker als eminente tussenschakel. Een dergelijke vergelijking snijdt in zoverre hout dat toen pas echt bleek hoe goed de DAC-V1 in dit selecte gezelschap eigenlijk presteerde: een converter die duidelijk in de topklasse thuishoort.
 |
De uitstraling is minder 'premium' dan die van de Atom
|
DAC-V1
Afgezien van de hierboven geschetste luisterervaring: waarom toch kiezen voor een aparte converter (zij het met voorversterker en aldus apart instelbare volumeregeling) als de Atom alles in huis heeft? Het moet dan primair worden gezocht in de meest voor de handliggende configuratie die deze DAC op het lijf geschreven is: die van de 'ontvangst' van een digitale audiostream (S/PDIF-bron of anders rechtstreeks van een computer USB interface.
Ingangen:
S/PDIF Input 1: BNC coaxiaal
S/PDIF input 2: RCA phono coaxiaal
S/PDIF Input 3: TosLink optisch
S/PDIF Input 4: RCA phono coaxiaal
S/PDIF Input 5: TosLink optisch
USB input 6: asynchrone USB Type B
Aan de uitgangszijde vinden we achtereenvolgens:
Output 1x RCA en 1x DIN
6.3 mm jack hoofdtelefoon op het voorpaneel. Vermeldenswaard is dat de bijbehorende versterking in klasse A plaatsvindt, een niet te versmaden voordeel.
Op het achterpaneel is een schakelaar aangebracht die twee standen toelaat: 'Chassis' of 'Floating' (zwevend). Als de unit is aangesloten op een systeem dat reeds is geaard, dient de stand 'floating' te worden gebruikt. In het andere geval uiteraard 'chassis'. Als op een van beide standen sprake is van brom weet u dus welke u niet moet gebruiken.
Als de USB-ingang van de DAC-V1 wordt verbonden met de USB-uitgang van de computer gedraagt de DAC zich uiteraard als externe bron van de meest uiteenlopende afspeelprogramma's (zowel de geluidsbestanden op als streaming via de pc). Het komt er dan kort samengevat op neer dat het zeer hoge kwaliteitspotentieel van de DAC-V1 wordt gebruikt als verbindende schakel tussen computer en versterker. En als het niet via USB loopt, dan toch wel via S/PDIF. Met als extra bonus de fabelachtig fraaie geluidskwaliteit die de hoofdtelefoonuitgang biedt.
Daarmee is het voornaamste gebruiksdoel van de DAC-V1 benoemd: het opwaarderen van om het even welke aangesloten bron. De V1 is compatibel met computers die draaien op Windows Vista en hoger, als op de Mac OS X versies 10.7 en hoger. Uiteraard zijn in de handleiding de daarvoor geëigende software-instellingen opgenomen. De setup- en bedieningsfuncties zijn bereikbaar via de functietoetsen op het voorpaneel of de meegeleverde afstandsbediening. Het is in het begin even puzzelen, maar dan heb je ook wat.
 |
De DAC-V1 oogt minder 'premium' dan de Atom. Er is wel een helder en goed gedimensioneerd display, maar niet van het fancy soort en er is al evenmin sprake van een design volumeknop. Het is 'gewoon' een Naim met zijn bekende 'look and feel', zowel uiterlijk als innerlijk zo solide als de Bank van Engeland en - als de instellingen eenmaal zijn gemaakt - qua functionaliteit ('bit perfect' hoort er uitdrukkelijk ook bij) op hoog niveau presterend. Ook het gebruiksgemak speelt hier een woordje mee. Kortom, een pareltje!
De handleiding voor de DAC-V1 (in het Nederlands) vindt u hier (pdf bestand).
Plaatsing
De Britten zijn eigenwijs. Altijd al geweest. Daar staan ze ook om bekend. Men doet het aan de overzijde van Het Kanaal op veel gebieden net even anders. Het begon lang geleden met die afwijkende maten en gewichten en men rijdt nog steeds links, zoals men vaak ook in een andere richting denkt (nee, ik heb het maar niet over de aanstaande Brexit). Neem alleen al die fameuze Quad 33/303 combinatie die door zijn afmetingen (dan heb ik het nog maar niet over de foeilelijke grijsachtige spuitlak en die rare oranje kleurtjes) volkomen afweek van wat in de hifi gemeenlijk als standaard werd aangehouden. Maar ook merken als Meridian en Musical Fidelity hadden er een handje van om het qua uitmonstering net even anders te doen. Evenzo Naim: smal en diep. Apparatuur die op niets anders past. Al paste het in Naims ontwerpfilosofie om toch vooral niet te 'stapelen' (hoewel sommige Naim-apparatuur zich wel degelijk laat 'stapelen'). In de handleiding wordt dat zelfs ontraden, maar ik vind dat gewoon onzin. Zo is de werktemperatuur van een ander bekend model, de Naim UnitiQute, niet veel meer dan zo'n 40 graden C, terwijl de Atom en de DAC-V1 daar zelfs nog ruim onder blijven. Maar door alleen al de bovenzijde van de Atom te voorzien van een volumeregelaar wordt al prompt mogelijkheid ontnomen om er nog een apparaat bovenop te zetten. Terwijl een unit in de bekende standaardafmetingen er niet onder past (tenzij u eerst een glasplaatje op maat laat snijden.)
 |
Smal en diep, met links de grote volumeregelaar en rechts de functietoetsen
|
Wat is dan de ideale speler?
De keus tussen Atom en DAC-V1 (als die er in uw geval al is) wordt, denk ik, minder door het budget en meer door de gebruiksmogelijkheden en misschien ook wel de klankkwaliteit bepaald. Uw muzikale voorkeur hoeft daarbij geen enkele rol te spelen, want Naim is wat dit betreft niet selectief. En wat beroerd is opgenomen klinkt niet minder beroerd, zoals ook het omgekeerde uiteraard het geval is. Wie zich voornamelijk richt op zijn eigen geripte cd-verzameling kan met de DAC-V1 meer dan prima uit de voeten. Het betekent immers een geweldige opwaardering van wat uw computer in dit opzicht vermag. Zo bezien vormt een 'huwelijk' tussen JRiver of Roon of iets soortgelijks en de DAC-V1 zo ongeveer het absolute ideaal. Maar ook als uw cd-speler nog steeds zonder haperingen cd's afspeelt en de D/A-converter toch niet het je-van-het is, dan is de DAC-V1 hét (niet meer dan handwarm functionerende) alternatief. Wie echter (tevens) een voorkeur heeft voor streamingfaciliteit en/of internetradio (het laatste ondanks de goed hoorbare gebreken door vaak veel te smalbandige streaming) heeft in de Atom de aangewezen muzikale partner. Wie het nog niet weet ('misschien wel later') kan sowieso beter voor de Atom kiezen.
Wat in beide gevallen geldt: het zijn zeer goede investeringen omdat het in dit segment topapparatuur betreft die muzikaliteit naar een zeer hoog niveau brengt, met bovendien een scala aan gebruiksmogelijkheden. De Atom is ook nog eens een pláátje om te zien. Dankzij de 'updating'-faciliteit lijkt bovendien sprake te zijn van een toekomstvast platform. Wat wilt u nog meer?
Prijskaartjes
De functionaliteit van de Atom en de DAC-V1 ligt nogal uiteen. De Atom kost € 2500,--, de V1 € 1850,--. Voor € 650,-- meer heeft uaan de Atom een aanmerkelijk veelzijdiger apparaat ('all-in-one') waarvan de klankmatige kwaliteiten meer dan uitstekend zijn.
De DAC-V1 is voor de liefhebber die niet uit is op streamingfaciliteiten, maar wel aan muziekweergave de hoogste eisen stelt: deze unit hoort absoluut thuis in de klasse van de topconverters. U haalt hiermee dan tevens een voorversterker op klasse A niveau in huis.
Importeur/distributeur
Latham Audio B.V.
Belsebaan 3-A, 5131 PH Alphen
Telefoon: 013 508 2411
Website: https://www.lathamaudio.nl
Voor verdere informatie verwijs ik u graag naar de volgende pdf-bestanden:
Naim Uniti Atom
Naim DAC-V1
________________________
Zie ook het postscriptum:
Naim UnitiQute versus Naim Uniti Atom en Naim DAC-V1
|