Solisten

 Ludwig Güttler: zeer veelzijdig trompetfenomeen

 

© Kees de Leeuw, februari 2008

 

 
   

In een recensie in Luister uit beginjaren '80 over de toen nog in Nederland vrijwel onbekende trompettist Ludwig Güttler werd geschreven dat zijn collega's Maurice André en Winton Marsalis zich mogelijk flinke zorgen zouden moeten maken over deze concurrent uit Oost-Duitse hoek. Het rijtje kan inmiddels worden uitgebreid met namen als Haakon Hardenberger, Alison Balsom en Sergej Nakariakov. Wie de beste is lijkt een haast onmogelijke vraag, maar als er dan gekozen moet worden maakt de in 1943 in Sosa (Erzgebirge) een heel grote kans.

Nadeel voor Güttler is dat hij langere tijd tamelijk onopgemerkt bleef in het Westen omdat hij zelf in de DDR woonde en werkte. Weliswaar was hij in 1979 in Nederland ter ere van festiviteiten rond het jarig bestaan van de DDR. Maar zijn LP's uitgegeven door het Oost-Duitse label Eterna hadden natuurlijk een beperkt bereik. In de jaren '80 met het begin van de cd-hausse speelde het label Capriccio uit West-Duitsland handig op de situatie in. Rond het Bach-jaar 1985 verscheen een editie waarbij het hoge niveau van onder meer het Neues Bachisches Collegium Musicum Leipzig onder dirigent Max Pommer indruk maakte. Naast cd's van onder meer de Akademie für alte Musik Berlin, het Kammerorchester Carl Philipp Emanuel Bach onder Hartmut Haenchen, fluitist Eckart Haupt en tenor Peter Schreier verscheen een reeks rond Ludwig Güttler.

Na zijn opleiding in Aue, waar hij de Volksmusikschule bezocht studeerde Ludwig Güttler aan het conservatorium Felix Mendelssohn Bartholdy in Leipzig. Hij beperkte zich niet tot een studie trompet bij Armin Männl, maar evenzo in directie en piano. Trompet bleef wel zijn hoofdvak en in 1965 werd hij solotrompettist van het Händel Festspielorchester Halle en vier jaar later van de Dresdner Philharmonie. Hier bleef hij tot 1980 en werd tevens docent aan het plaatselijk conservatorium Carl Maria von Weber.

In de jaren '80 legde hij de basis voor zijn verdere loopbaan. De cd's geven hier een goede indruk van. Allereerst valt de enorme virtuositeit van de trompettist op. Een tweede aspect is dat hij zich niet beperkte tot een carrière als solist bij orkesten. Hij richtte al in 1976 een kamermuziekensemble op, het Leipziger Bach-Collegium, naast het Blechbläserensemble Ludwig Güttler (1978) en het kamerorkest Virtuosi Saxoniae (1985). In alle gevallen is Güttler de leider van het gezelschap, maar in veel gevallen beperkt zijn rol zich niet tot het dirigeren maar blaast hij stevig zijn eigen partij mee. Verder musiceerde hij veel met de organist Friedrich Kircheis. In zijn schaduw bleef zijn medeblazer Kurt Sandau, blijkens cd-opnamen een evenzo zeer begaafd trompettist. In zijn Blechbläserensemble telt overigens vele virtuoze  blazers, onder wie leerlingen van de meester. Een derde element is de aandacht voor veelal vergeten componisten. De oprichting van de Virtuosi Saxoniae was vooral bedoeld om de werken uit het Dresden van de 18e eeuw opnieuw tot klinken te laten komen. Dankzij deze inspanningen kwam weer veel vaker muziek van onder andere Johann David Heinichen, JohannGeorg Pisendel, Jan Dismas Zelenka, Johann Gottlieb Graun en Johan Adolf Hasse tot klinken. Naast deze aandacht voor de bloeiperiode uit het Dresdner muziekleven geeft de musicus ook plaats aan componisten die niet gelieerd zijn aan Dresden. Te noemen zijn onder meer John Alcock, Robert Valentine, Andrea Grossi, Carlo Tessarini en Johann Friedrich Fasch. Het geeft als vierde punt, naast de virtuositeit en veelzijdigheid van Güttler en zijn aandacht voor verwaarloosde componisten, zijn muziekwetenschappelijke interesse aan. Hij zoekt, vindt en bestudeert onbekende partituren en maakt ze zonodig speelklaar. In dit kader is ook van belang dat Güttler zelf een corno da caccia ontwikkelde, een jachthoorn die duidelijk afwijkt van de huidige bekende hoorn, zoals die in symfonieorkesten wordt gebruikt.  

 
   

Güttler is artistiek leider van de festivals Musikwoche Hitzacker en Sandstein und Musik in Saksen. Verder treedt hij veel op in Dresden, maar ook - meestal samen met organist Kircheis - in kleine plaatsen in Duitsland. Zijn cd's weerspiegelen een enorme veelzijdigheid. Vooral in de DDR periode lijkt hij een betrekkelijke grote artistieke vrijheid gehad te hebben, getuige de belangstelling voor onbekende componisten.  Naast het groot gebrek aan vrijheid in Oost-Duitsland (men leze de biografie over Hans Vonk van Luuk Reurich) geven enkele foto's uit deze periode opgenomen in een cd-boekje een wrang beeld van de werkelijkheid. De foto opnamen zijn hoogstwaarschijnlijk gemaakt tijdens het maken van een cd in maart 1985 in de Hofkirche te Dresden. Op de foto's ziet men de drie betrokken musici Ludwig Güttler, Kurt Sandau en Friedrich Kircheis met een hoeveelheid kleding die aangeeft dat het enorm koud moet zijn geweest in de kerk. Zelfs coryfeeën moesten blijkbaar kou lijden in de DDR. Een andere beperking lijkt te zijn geweest dat moderne muziek taboe was. Op de cd's uit deze periode komen hedendaagse componisten niet aan bod. Tegenwoordig nemen Güttler en zijn kompanen wel  geregeld moderne(re) muziek op, zoals van Henri Sauget (1901-1989), Petr Eben (1929), Siegfried Thiele (1934), Bernd Franke (1959) en de musicus zelf. Het (b)lijkt qua artistieke vrijheid het enige voordeel na de eenwording van Duitsland. Sinds 1990 zijn veel meer dan voorheen cd-opnamen verschenen met het geijkte repertoire, rond het Mozartjaar 1991 en nog veel meer bij het Bachjaar 2000. Op zich prima uitvoeringen door het kamerorkest Virtuosi Saxoniae waarbij de Saksen bewijzen zeer virtuoos te zijn, maar qua interpretatie voegt het in het algemeen niet zoveel toe aan de talloze reeds bestaande opnamen.

Ludwig Güttler is mogelijk het meest bekend vanwege zijn inspanningen voor de inmiddels voltooide wederopbouw van de Frauenkirche in Dresden. Hij vervulde hierin een prominente rol en mocht in de kerkdienst bij de inwijding in 2005 met een aantal collega's een muzikale bijdrage leveren. In 2006 verscheen een boek onder zijn redactie over de wederopbouw van de Frauenkirche Dresden. Sindsdien heeft hij vele concerten alhier gegeven en zijn ook enkele cd's verschenen die op deze locatie werden opgenomen. Naast vele vooral muziekprijzen in de loop van de afgelopen decennia kreeg hij in 2007 vanwege de inspanningen voor de wederopbouw van de Frauenkirche en de bijdrage aan de verzoening tussen Groot-Brittannië en Duitsland het Großes Verdienstkreuz des Verdienstordens der BRD en werd hij honoris causa benoemd tot Officer of the Order of the British Empire.

http://www.lsternkopf.de/guettler.html


index

Home  -  Actueel  -  Audio  -  Muziek  -  Video  -  Boeken  -  Links