CD-recensie

 

© Siebe Riedstra, juli 2016

 

Schubertiade

Schubert: Gesänge des Harfners - Liederen - Menuetten & Dansen

Matiegka: Notturno op. 21

Mertz: Nachtviolen op.2

Julian Prégardien (tenor), Marc Hantaï (traverso), Xavier Diaz-Latorre (gitaar), Philippe Pierlot (baryton)

Myrios Classics MYR018 75'

Opname: februari 2015, Evangelische Kirche, Honrath (D)

https://www.youtube.com/watch?v=Lv-W2c1PJt8

 

De Schubertiade zoals de meeste muziekliefhebbers hem kennen bestaat uit een avond liedkunst voor een of meer zangers met begeleiding van een piano. In Schuberts tijd pakte dat soms heel anders uit. Vaak was een piano niet beschikbaar en greep men naar het goedkope alternatief, de gitaar. Wanneer er toevallig andere instrumentalisten aanwezig waren droegen die ook graag een steentje bij, en eventuele dichters declameerden hun nieuwste scheppingen. Julian Prégardien (inderdaad, zoon van) liet zich door die wetenschap inspireren tot een eigentijdse herschepping van zo'n Schubertiade. Met een drietal vrienden en een handvol toepasselijke teksten stelde hij een alternatieve Schubertiade samen, die we op deze opname kunnen beluisteren als een gezellige avond met Schubert en zijn makkers.

De begeleidende muzikanten zijn gitarist Xavier Diaz-Latorre (die overigens ook schitterend met de luit overweg kan), traversospeler Marc Hantaï en Philippe Pierlot op de baryton, een variant van de viola da gamba. De verbindende teksten worden door Julian Prégrdien zelf gelezen en komen voor een deel uit de Schubert-biografie van Peter Härtling. De arrangementen stammen merendeels van de deelnemende musici zelf, en van Schuberts tijdgenoot Anton Diabelli, componist en uitgever te Wenen.

Schubert met gitaarbegeleiding is vaker vertoond, en werkt uitstekend wanneer de pianopartij niet bedoeld is als sfeerschildering. Een lied als Erlkönig wil je niet op een gitaar horen. Maar de drei Gesänge des Harfners klinken daarentegen - uiteraard - alsof ze ervoor gemaakt zijn. Hier worden ze aan elkaar gesmeed door een improvisatie op de traverso - dat is even wennen. Instrumentale intermezzi zijn er ook, in de vorm van deeltjes uit de Deutsche Tänze van Schubert, een Notturno van gitaarvirtuoos Wenzel Matiegka en de Nachtviolen van gitaarcomponist Johann Kaspar Mertz, daar sluiten de Nachtviolen van Schubert dan even later weer prachtig op aan en wat worden ze schitterend gezongen!

Dat brengt ons bij de raison d'etre van deze cd, de aanwezigheid van tenor Julian Prégardien. In een eerdere uitgave op het label Myrios die ik hier besprak werd al duidelijk dat we hier met een ware zoon van de vader te maken hebben, ook in het navolgen van zijn eigen ideeën. Ik herhaal nog maar eens wat ik naar aanleiding van de vorige uitgave schreef:
'Natuurlijk heeft Julian onmetelijk veel van zijn vader opgestoken, maar hij heeft de verworven kennis omgevormd en naar zijn eigen stembanden gezet. De meest opvallende eigenschap van zijn zingen is de moed waarmee hij dynamische uitersten weet te beheersen. Een tenor die onderscheid weet te maken tussen piano en pianissimo en nog een heleboel gradaties daartussen is zeldzaam. Voeg daaraan toe een onberispelijke verstaanbaarheid, een technische beheersing waar je u tegen zegt, en - ook niet onbelangrijk - een stem om van te houden. Onnodig om te zeggen dat de opname zich hier volmaakt bij aansluit.'


index

Home  -  Actueel  -  Audio  -  Muziek  -  Video  -  Boeken  -  Links