CD-recensie

 

© Siebe Riedstra, maart 2016

 

Beethoven: Pianoconcert nr. 1 in C, op. 15 - Pianoconcert nr. 2 in Bes, op. 19

Hannes Minnaar (piano), The Netherlands Symphony Orchestra o.l.v. Jan Willem de Vriend

Challenge Classics CC72712 65' (sacd)

Opname: febr. 2015, Muziekcentrum Enschede

   

Hannes Minnaar maakte in 2013 zijn debuut bij het Koninklijk Concertgebouworkest met Beethovens Vierde pianoconcert. Een dappere keuze, die uiteraard voorafgegaan werd door optredens bij andere orkesten. Jan Willem de Vriend was een van de dirigenten die hij daarbij ontmoette en zo ontstond bij De Vriend en het label Challenge de wens om de succesvolle registratie van de complete Beethovensymfonieën een vervolg te geven. De eerste aflevering verscheen medio 2015, in februari 2016 kwam deel twee uit met de beide eerste concerten. Het droeve nieuws over de financiële problemen van het Enschedese orkest en het daaraan verbonden vertrek van De Vriend zal wellicht voor enige stagnatie in de afronding zorgen. Gelukkig vertrekt De Vriend niet uit Nederland, maar naar het Residentieorkest, waar hij zijn wensen inzake de samenwerking met Minnaar ongetwijfeld nieuwe impulsen zal geven.

Hannes Minnaar (1984) is pas de derde Nederlander die in de gelegenheid werd gesteld om een complete Beethoven op te nemen. Alleen Cor de Groot (1914-1993), met dirigent Willem van Otterloo voor het label Philips, en Ronald Brautigam (1954) met Andrew Parrott voor BIS gingen hem voor. Waarbij nog aangetekend mag worden dat Brautigam de complete sonates eveneens opnam, maar op tijdeigen instrumenten. Voor de concertopnamen koos Brautigam net als Minnaar voor een Steinway, een logische keuze - het is nu eenmaal onmogelijk om iets van een natuurlijke balans te genereren in een moderne concertzaal, zelfs wanneer er door kleine ensembles wordt begeleid. Laat u wat dat betreft niet misleiden door de kunstgrepen van de opnametechniek.

Ik merkte bij de bespreking van de eerste aflevering (klik hier) al op dat er is nog een bijzonder aspect aan deze opname zit, en dat betreft de stemming van de piano. Het zal veel luisteraars misschien niet direct opvallen, maar het colofon maakt melding van de moeite die pianostemmer Gerben Bisschop zich getroost heeft om een historisch aangepaste stemming te verwezenlijken. Dat wil zeggen dat de traditionele gelijkzwevende stemming hier enigszins verschoven is in de richting van de oude middentoonsstemming, waardoor bepaalde akkoorden zuiverder klinken dan we gewend zijn. Er zijn talloze manieren om dat te doen, en ze dragen veelal de naam van de muziektheoreticus die ze ontwikkeld heeft, in dit geval is dat Kirnberger, en de gebruikte module is Kirnberger II. Op Wikipedia is een heldere en betrouwbare uitleg te lezen over de details. Waar het in dit geval op neerkomt is het zoeken naar een zo rein mogelijk samengaan van tertsen en kwinten, waardoor zuivere of zuiverder drieklanken ontstaan in de toonsoorten die het meest voorkomen in een werk. In dit geval waren dat dus voor het Eerste concert C-groot met voor het tweede deel de mediant As-groot, en voor het Tweede concert Bes-groot en Es-groot - drie toonsoorten met 'mollen'.

Het orkest uit Enschede is inmiddels zeer bedreven in het gebruik van ventielloze hoorns en trompetten, al merk je daar door de spaarzamere inzet in deze beide concerten minder van dan in de vorige aflevering. Strijkers gebruiken moderne instrumenten en strijkstokken en spelen op stalen snaren, maar het is vooral de verdienste van De Vriend dat hij uit dat strijkorkest een eenmalige klank weet te toveren, een vibratoloze klank die nergens bloedarmoedig klinkt en door de plaatsing van de strijkstok tot prachtige nuances in staat is. Dat lukt Parrott met het orkest van Norrköping minder goed. Een derde opname die pogingen in dezelfde richting onderneemt is die van Pierre-Laurent Aimard, in samenwerking met Nikolaus Harnoncourt en het Chamber Orchestra of Europe. Harnoncourt is geen geboren 'begeleider' en dat wreekt zich.

De symbiose tussen pianist, orkest en dirigent is bij driemanschap Minnaar, De Vriend en de Twentse muzikanten gewoon ideaal te noemen. De eenmalige orkestklank, de net even andere stemming van de piano, maar bovenal de muzikale poëzie van Hannes Minnaar maken deze Beethoven integrale zelfs voor de definitieve afronding tot een eenmalige gebeurtenis waar nog lang aan gerefereerd gaat worden.


index

Home  -  Actueel  -  Audio  -  Muziek  -  Video  -  Boeken  -  Links